hoeveel tijd om in beroep te gaan?

rainbow
Topic Starter
Berichten: 9

hoeveel tijd om in beroep te gaan?

#1 , 05 sep 2011 13:47

Sedert meer dan een jaar lig ik in proces met mijn ouders voor mijn zoontje.
Ikzelf bezit het co-ouderschap van mijn zoontje, maar nu is het zo dat mijn ouders ook een omgangsrecht verkregen hebben in mijn week dat ik mijn zoontje heb.
De uitspraak is gedaan in mei door de jeugrechtbank, nl van zaterdag 17u tot zondag 18u 1 x per maand krijgen ze hem, nu is het zo dat dit voor hen te weinig was en ze twijfelden of ze in beroep gingen gaan.
Nu heb ik vandaag, dus pas meer dan 3 maand later een bericht gekregen van mijn advocaat dat ze toch in beroep gaan.
Is dit wel nog mogelijk?
Staat er echt geen tijd op om in beroep te gaan?

Ik weet dat indien de uitspraak zou betekend worden door een deurwaarder dat er een tijd van 1 maand had opgestaan, maar had ik dit gedaan had het me geld gekost en gingen ze toen ook in beroep gaan.
Ik ben van mening dat indien je met iets niet akkoord gaan, je onmiddellijk in beroep dient te gaan, lijkt me toch logisch.
En niet na maanden twijfel toch nog in beroep gaan.

Kan er iemand mij een goede raad hierover bezorgen?

Jureca
Juridisch actief: Ja
Regio: België

Een juridische oplossing. Voor elk probleem, voor iedereen!

Benieuwd naar jouw juridische opties? Jureca begeleidt jou aan de geschikte oplossing. Klik hier om jouw situatie te beschrijven en we nemen binnen de 24 uur met jou contact op voor persoonlijke begeleiding
Lucke
Berichten: 183

#2 , 05 sep 2011 14:09

Het hoger beroep tegen de uitspraak van een vonnis van de Jeugdrechtbank dient ingesteld binnen een maand na de uitspraak . De termijn voor hoger beroep in jeugdzaken loopt vanaf de overhandiging van het afschrift of vanaf de dag dat de betrokkene bij gerechtsbrief kennis heeft gekregen van de kennisgeving. Sinds recente wetswijziging geldt deze regel evenwel niet meer in burgerlijke zaken en loopt ook hier de termijn vanaf de betekening.

De termijn van beroep loop vanaf de kennisgeving en niet vanaf de betekening.

http://www.elfri.be/hoger-beroep-en-ver ... ?oldsite=1" onclick="window.open(this.href);return false;
Laatst gewijzigd door Lucke op 05 sep 2011 14:18, 1 keer totaal gewijzigd.

lucgescheiden
Berichten: 2810

#3 , 05 sep 2011 14:15

Grootouders hebben wettelijk het recht tot omgang.
Maar gezien er reeds een vonnis bestaat waarin dit werd vastgelegd, zullen zij,
over voldoende overtuigingskracht moeten beschikken om dit vonnis aan te vechten.

Waar ik vermoed dat ze alle argumenten reeds eerder aanbrachten, lijkt het mij, voor u; eenvoudig om de motivatie van de rechter te versterken met uw argumenten. Eventueel zelfs met argumenten van uw ex(?)
Mijn inziens, zal een andere jeugdrechter, de belangen van grootouders evenmin boven deze van een vader stellen...tenzij daar zwaarwichtige redenen voor zouden bestaan.
Handige documenten voor Personenrecht

Reclame

rainbow
Topic Starter
Berichten: 9

#4 , 06 sep 2011 11:43

Dus zoals ik hier kan lezen kan men na een 4tal maand na de uitspraak van de jeugdrechter niet meer in beroep gaan?
Nochtans is het zo dat mijn ouders hun advocaat zich specialiseert in jeugdrecht en nu pas aan mijn advocaat heeft laten weten dat ze volgende week een verzoekschrift zal indienen om in beroep te kunnen gaan tegen de uitspraak van de jeugdrechter in mei.
Alsook mijn advocaat beweert dat het mogelijk is en dat er enkel een termijn van 1 maand is als de uitspraak betekend was, maar zoals ik al zei, dit kon enkel indien ik een deurwaarder aanstelde om de betekening te volbrengen en dan gingen mijn ouders zowiezo in beroep gaan, dus weggesmeten geld.
Wat is er nu juist en kan de rechter het verzoek tot beroep afwijzen?
Wat als er toch een beroep komt? Hoe verloopt dit dan?
Hoger beroep is naar schijnt in rechtbank van Gent, heeft hier iemand ervaring mee?

scorpioen
Berichten: 9383
Juridisch actief: Nee

#5 , 06 sep 2011 15:02

8 APRIL 1965. - Wet betreffende de jeugdbescherming
Art. 58. De beslissingen van de jeugdrechtbank gewezen in de aangelegenheden bedoeld in titel II, hoofdstukken III en IV, zijn, binnen de wettelijke termijnen, vatbaar voor hoger beroep door het openbaar ministerie en voor verzet en hoger beroep door alle andere in het geding betrokken partijen (onverminderd de bepalingen van de artikelen 52, (52quater, negende lid), en 53, derde lid). <W 1994-02-02/33, art. 25, 007; Inwerkingtreding : 27-09-1994> <W 2006-12-27/33, art. 99, 025; Inwerkingtreding : 01-03-2007>
De vonnissen gewezen in de aangelegenheden bedoeld in titel II, hoofdstuk II, zijn niet vatbaar voor verzet. Hoger beroep wordt bij verzoekschrift ingesteld ter griffie van het hof van beroep (...); (...). De griffier van de jeugdkamer roept voor die kamer de partijen op die opgeroepen waren voor de jeugdrechtbank; hij voegt bij de oproeping voor de andere partijen dan de verzoeker, een gelijkluidend afschrift van het verzoekschrift.

Art. 62. Behoudens afwijking, gelden voor de in titel II, hoofdstuk II, evenals voor de in de artikelen 63bis, § 2 en 63ter, eerste lid, b), bedoelde procedures de wetsbepalingen inzake burgerlijke rechtspleging, en voor de in titel II, hoofdstuk III, evenals voor de in artikel 63ter, eerste lid, a) en c), bedoelde procedures, de wetsbepalingen betreffende de vervolgingen in correctionele zaken.

Men moet dus een onderscheid maken tussen de burgerlijke zaken en de "strafzaken", deze waarin een beschermingsmaatregel wordt opgelegd door de jeugdrechtbank. Voor deze laatste geldt de termijn van strafzaken.

We hebben het hier echter over een burgerlijke zaak. Dan geldt de normale termijn van burgerlijke zaken: één maand vanaf de betekening. Ik lees geen afwijkende bepaling.

P. Senaeve (prof. en raadsheer hof van beroep Brussel), schrijft (CABG, 2009, afl. 4, 76) :
Oorspronkelijk bepaalde de Jeugdbeschermingswet als algemene regel
dat de termijn van hoger beroep in burgerlijke zaken één maand was te rekenen
vanaf de uitspraak, ongeacht of het vonnis op tegenspraak dan wel bij
verstek werd gewezen (oorspronkelijke versie van artikel 58, tweede lid
Wjb.). Het Grondwettelijk Hof heeft evenwel geoordeeld dat deze vroegere
wettelijke regel in strijd was met het gelijkheidsbeginsel, omdat zij, in
samenhang met het uitsluiten van het verzet (zie supra nr. 180), tot gevolg
kon hebben dat een partij die om een reden onafhankelijk van haar wil verstek
had laten gaan, de facto niet in staat was enig hoger beroep in te stellen,
hetgeen een aantasting van de rechten van de verdediging inhield die onevenredig
was met de door de wetgever nagestreefde doelstellingen van verlichting
van de procedure en van bekommernis om snel duidelijkheid te krijgen
omtrent het lot van het kind.
Deze ongrondwettelijke bepaling werd evenwel opgeheven door de wet van
18 mei 1998. Bij gebreke van een afwijkende bepaling in de Jeugdbeschermingswet
geldt thans het gemene recht in burgerlijke zaken (art. 1051,
eerste lid Ger.W.), hetgeen inhoudt dat de termijn van hoger beroep één
maand bedraagt die slechts begint te lopen vanaf de betekening van het vonnis.
Zolang geen der partijen het vonnis van de jeugdrechtbank heeft doen
betekenen, begint de termijn van hoger beroep dus niet te lopen en kan een
pas veel later ingeleid hoger beroep nooit laattijdig zijn.

Noteer dat de door mij geciteerde wettekst (en gegeven informatie) verschillend is van deze vermeld op de webpagina van Mr. De Neve.

rainbow
Topic Starter
Berichten: 9

#6 , 13 sep 2011 18:30

Is het mogelijk dat de rechter van hoger beroep het verzoekschrift ingediend door de tegenpartij niet goedkeurd?

Terug naar “Andere”