Pagina 1 van 1

Raad van State en COVID Safe Ticket

Geplaatst: 06 dec 2021 13:56
door D.WEIS
De Raad van State over het COVID Safe Ticket: onbekwaam of slaaf van de Regering ?

Op 8 april 2021 deed de Grote Kamer (17 rechters) van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens uitspraak in de zaak Vavřička en anderen tegen de Tsjechische Republiek. Het is het eerste arrest van het Hof in Straatsburg waarin het thema van verplichte vaccinatie en aansprakelijkheid van de overheid voor vaccinatieschade uitgebreid aan bod komt. Het belang van het Vavřička-arrest werd zeer vlug in de rechtsliteratuur onderstreept (zie bv. Spyridoula Katsoni, What Does the Vavřička Judgement Tell Us About the Compatibility of Compulsory COVID-19 Vaccinations with the ECHR?, Völkerrechtsblog, 21.04.2021, doi: 10.17176/20210421-100920-0).

Alleen een gebruikelijk vaccin, dat routinematig wordt toegediend tegen een ziekte die goed gekend is door de medische wetenschap, kan verplicht gesteld worden (Vavřička-arrest, § 158). Het vaccin moet bovendien veilig zijn (zie bv. Spyridoula Katsoni, What Does the Vavřička Judgement Tell Us About the Compatibility of Compulsory COVID-19 Vaccinations with the ECHR?, hiervoor geciteerd). Wanneer de vaccinatie wettelijk verplicht is, moet de overheid aansprakelijk kunnen gesteld worden voor ongewenste bijwerkingen van het vaccin (Vavřička-arrest, § 302).

De Europese Commissie voor de Rechten van de Mens, ooit ook een “Straatsburgse instantie”, heeft laten verstaan dat een onrechtstreekse vaccinatieverplichting met een rechtstreekse vaccinatieverplichting moet gelijkgesteld worden (zie ECRM, 12 juli 1978, Association of Parents t. Verenigd Koninkrijk, DR 14, p. 38, onderaan, geciteerd in het Vavřička-arrest, § 301).

Toen de Raad van State later dit jaar advies moest uitbrengen over het COVID Safe Ticket, dat toch vragen doet rijzen over het al dan niet rechtstreeks of onrechtstreeks verplicht zijn van de vaccinatie tegen covid-19, slaagde hij erin met geen woord over het Vavřička-arrest te reppen.

Het woord "Vavřička" is in geen enkel advies van de Raad van State en in geen enkel document van de Kamer van volksvertegenwoordigers te vinden. Er werd gezocht op "Vavřička", "Vavricka" en "Vav". Telkens verscheen "geen resultaat" of een verwijzing naar bijvoorbeeld “Vavis”, maar nooit naar "Vavřička". Het Vavřička-arrest van 8 april 2021 is dus in het geheel niet betrokken geweest in de parlementaire voorbereiding van de CST-wetgevingen. Nochtans eist het Europees Hof voor de Rechten van de Mens dat een nationale wetgever, wanneer hij een grondrecht beperkt, door “de kwaliteit van het wetgevend onderzoek” laat blijken dat hij gestreefd heeft naar een evenredige en evenwichtige regeling (EHRM, grote kamer, 22 april 2013, Animal Defenders International t. Verenigd Koninkrijk, § 108: "La qualité de l’examen parlementaire").

Men moet, aangezien men niet kan aannemen dat de Raad van State, de Regering en het Parlement te kwader trouw handelen, aannemen dat zij het Vavřička-arrest niet kenden. De bestreden normen betreffende het CST moeten bijgevolg door het Grondwettelijk Hof geschorst en vernietigd worden en de Raad van State, de Regering en het Parlement moeten hun werk overdoen.

Re: Raad van State en COVID Safe Ticket

Geplaatst: 06 dec 2021 14:17
door Thomas Morus
Man wat is uw probleem?
We zijn niet meer in 1978, de context is totaal veranderd.
U verwarmt toch ook niet meer met een kolenkacheltje (vermoed ik althans).

Re: Raad van State en COVID Safe Ticket

Geplaatst: 06 dec 2021 14:31
door LeenW
Ik snap de redenering ook niet, het arrest gaat over verplichte vaccinatie, terwijl het CST iets heel anders is. Verplichte vaccinatie zou zelfs de betere optie zijn, aangezien het CST een vals gevoel van veiligheid geeft. Om af te sluiten: laat u vaccineren!

Re: Raad van State en COVID Safe Ticket

Geplaatst: 06 dec 2021 19:52
door scorpioen
Alleen een gebruikelijk vaccin, dat routinematig wordt toegediend tegen een ziekte die goed gekend is door de medische wetenschap, kan verplicht gesteld worden (Vavřička-arrest, § 158)
Dat heeft het Europees Hof voor de Mensenrechten niet beslist. Het Hof stelt enkel vast:
158. La Cour souligne d’emblée que la présente espèce porte sur la vaccination usuelle et de routine des enfants contre des maladies qui sont bien connues de la médecine. Comme indiqué ci-dessus, ces six requêtes ont été introduites entre 2013 et 2015 et concernent la politique de l’État défendeur prévoyant le caractère obligatoire de l’ensemble des vaccins en question.
Het Hof beslist dat het feit dat er in uitzonderlijke gevallen een gevaccineerde ernstige schade kan ondervinden door de vaccinatie zich niet verzet tegen de regeling van verplichte vaccinatie
301. En ce qui concerne l’innocuité, il n’est pas contesté que les vaccins, bien que totalement sûrs pour la grande majorité des patients, puissent dans de rares cas s’avérer néfastes pour un individu et causer à celui-ci des dommages graves et durables pour sa santé. Il est déjà arrivé que des griefs relatifs à de telles situations fassent l’objet de procédures fondées sur la Convention (voir, en particulier, Association of Parents c. Royaume-Uni, no 7154/75, décision de la Commission du 12 juillet 1978, DR 14, p. 31, et Baytüre et autres, décision précitée, § 28). Lors de l’audience qui s’est tenue dans la présente affaire, le Gouvernement a indiqué que, sur environ 100 000 enfants vaccinés chaque année en République tchèque (soit 300 000 vaccinations), on dénombre cinq ou six cas de dommages graves et potentiellement permanents pour la santé. Compte tenu de ce risque très rare mais indéniablement très sérieux pour la santé d’un individu, les organes de la Convention ont souligné qu’il est important de prendre les précautions qui s’imposent avant la vaccination (Solomakhin, précité, § 36, Baytüre et autres, décision précitée, § 29, et Association of Parents, décision précitée, pp. 37-38). Il s’agit évidemment de rechercher au cas par cas d’éventuelles contre-indications. Il s’agit également de contrôler l’innocuité des vaccins utilisés. Pour la Cour, il n’y a lieu sur aucun de ces aspects de remettre en question le caractère adéquat du régime national. Les professionnels de santé ne réalisent une vaccination qu’en l’absence de contre-indication, ce point étant vérifié en amont dans le cadre d’un protocole de routine. Les vaccins doivent être homologués par l’Agence nationale de contrôle des médicaments et tous les professionnels de santé concernés sont tenus à une obligation spécifique de signaler tout effet secondaire grave ou non prévisible suspecté (paragraphes 78 et 79 ci-dessus). Il s’ensuit que l’innocuité des vaccins employés est soumise à un contrôle permanent des autorités compétentes.
Ik zie geen enkel reden waarom deze redenering ook niet zou opgaan voor het COVID vaccin.