Mondelinge overeenkomst huur paardenweide

[Frie Pierre]

Hallo,
vier jaar geleden mochten we, na mondelinge overeenkomst met de eigenaar, onbeperkt en gratis gebruik maken van een paardenweide met loopstal in verval. We hebben ongeveer 3 maanden keihard gewerkt en een hoop spaargeld gespendeerd aan het weer "bewoonbaar" maken van ongeveer 70are. Ettelijke aanhangwagens oude frigo's, diepvriezers, koffie-automaten, plastic platen, rubber matten, papieren en plastic zakken enz.... hebben we naar het containerpark gevoerd. De loopstallen werden wind- en waterdicht gemaakt, we installeerden een afdak en een voor de paarden afsluitbaar hooi/strohok. Nu, na vier jaar, wil de eigenaar er ons zo snel mogelijk weer af, met behoud uiteraard van onze prachtige stallen en aanpassingswerken.

Mijn vraag is tweedelig:
1) kunnen wij, nu met de winter in het vooruitzicht, buitengezet worden? Paarden zijn 22 jaar en 2,5 jaar. Ze hebben nog nooit in een gesloten stal of man?ge gestaan. Dit is dus geen optie. De graslanden hebben we klaargemaakt (meststoffen e.d.) met de bedoeling ze volgende lente weer erop te zetten. Al het hooi, stro en bieten voor de winter liggen er ook opgestapeld.
2) zijn wij verplicht om het materiaal dat we gebruikten om de stallen te vernieuwen en bij te bouwen achter te laten? Er werden milieuvriendelijke, niet permanente materialen gebruikt. Dus geen beton, cement e.d.

Vier jaar geleden namen we voldoende foto's van de staat waarin het terrein zich bevond, meerdere vrienden en familieleden waren ook getuigen van de erbarmelijke toestand.

Graag een eerlijk antwoord aub, alvast bedankt.
Een paardenvriend

[Lex]

Het kosteloos afgeven van een zaak aan een ander,opdat laatstgenoemde daarvan gebruik zou kunnen maken,doch met verplichting haar terug te geven,is een bruikleen,ook al kan het goed op eenvoudig verzoek van de eigenaar op onverschillig welk ogenblik worden teruggevraagd,Cass. 2 december 1987,R.W. 1988-89,1125.

Art. 1886. Indien de lener, om van de zaak gebruik te kunnen maken, enige uitgave heeft gedaan, kan hij die niet terugvorderen.B.W. (=Burgerlijk Wetboek)

Art. 1890. Indien, gedurende de lening, de lener, voor het behoud van de zaak, enige buitengewone, noodzakelijke uitgave heeft moeten doen, die zo dringend was dat hij daarvan tevoren aan de uitlener geen kennis heeft kunnen geven, is deze verplicht hem de uitgave te vergoeden.B.W.

Art. 1891. Wanneer de geleende zaak zodanige gebreken heeft dat zij aan hem die zich ervan bedient, schade kan veroorzaken, is de uitlener aansprakelijk, indien hij de gebreken kende en de lener daarvan niet op de hoogte heeft gebracht. B.W.